Wat is een opaal?
Opaal is net als agaat een edelsteen uit de kwartsfamilie. Opaal is meestal doorzichtig of doorschijnend. De stenen hebben soms maar één kleur, maar komen ook in bonte kleuren voor. Opalen kunnen wit, geel, blauw, rood, groen, bruin of zwart zijn en soms een diepe gloed hebben. Opaal ontstaat als opvulling van spleten of gaten in rotsen, maar ook bij vorming van fossielen. Kenmerkend is dat de steen veel water bevat. De steen is zacht als het net gedolven wordt, maar verhardt snel aan de lucht. Opaal komt veel voor, maar slechts een klein deel is van edelsteenkwaliteit.
Geschiedenis van de opaal
Het is onzeker waar de naam opaal vandaan komt. De Romeinen gebruikten het woord opalus voor gekleurde stenen, maar het is niet zeker dat ze daarmee het mineraal dat we nu opalen noemen aanduidden. Een andere gebruikte verklaring is dat de naam afkomstig is van de vruchtbaarheidsgodin Ops, de vrouw van de god saturnus. Maar deze verklaring klopt niet. Wel is zeker dat opaal al sinds de oudheid bekend is als edelsteen. De oudste vondst is een sieraad uit 4000 v.Chr., waarvan vermoedt wordt dat het uit mijnen van Ethiopië afkomstig is. Opaal was ook geliefd bij de Babyloniërs, Assyriërs en de oude Grieken en Romeinen.
Soorten en vindplaatsen
Omdat opaal op verschillende manieren gevormd wordt, zijn er allerlei soorten. Er worden drie hoofdsoorten onderscheiden, edelopalen, wateropalen en gewone opalen. Edelopalen zijn, door hun bonte kleurenspel, het meest geliefd. Dit kleurenspel heet opalescentie. Wateropalen zijn kleurloos, maar hebben een blauwige waas, waardoor ze op bergkristal lijken. De overige opalsoorten worden samengevoegd onder de naam opalen of gewone opalen. De meeste opalen, meer dan 90%, worden gevonden in Australië. Daarom is dit ook de nationale steen van het continent. Ook de zeldzaamste en meest kostbare opaalsoort, de zwarte opaal, komt uit Australië.
Gebruik in het verleden
De Romeinen vonden opaal een magische steen die hielp tegen somberheid e kon waarschuwen tegen ziekte en narigheid. In de 16e eeuw kwamen opalen vanuit Zuid -Amerika naar Europa met de Spaanse veroveraars. Opaal werd meestal gezien als gelukssteen. Maar in Rusland juist ook wel als belichaming van het boze oog. Toen Koningin Victoria van Engeland een grote collectie opalen verzamelde, werd de steen na een mindere periode opnieuw populair.
Eigenschappen en kwaliteiten
An opaal worden erg veel positieve eigenschappen en kwaliteiten toegekend, zowel spiritueel als fysiek. Elke soort opaal heeft eigen effecten, de lijst is te lang om hier te noemen.